protokol

Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

protokol m

  1. protocol; geheel van regels en afspraken voor het uitvoeren van een procedure of meting
  2. (informatica) protocol; geheel van regels en afspraken voor het uitwisselen van gegevens tussen verschillende computers in netwerken

Meer informatie


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /prɔtɔkɔl/
Woordafbreking
  • pro·to·kol
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Latijnse protocollum

Zelfstandig naamwoord

protokol monbezield

  1. protocol; geheel van regels en afspraken voor het uitvoeren van een procedure of meting
  2. (informatica) protocol; geheel van regels en afspraken voor het uitwisselen van gegevens tussen verschillende computers in netwerken
  3. rapport; een officieel schriftelijk bericht of verslag over een gebeurtenis of toestand
Verbuiging
Synoniemen
  1. zápis monbezield
Afgeleide begrippen
  • protokolární
  • protokolista mbezield
  • protokolní
  • protokolovat
  • protokolový
Verwante begrippen
  • protokolárně (bw.)
  • protokolovaný
  • zaprotokolovat

Meer informatie

Verwijzingen


    Turks

    Woordafbreking
    • pro·to·kol
    enkelvoud meervoud
    nominatief   protokol     protokoller  
    genitief   protokolün     protokollerin  
    datief   protokole     protokollere  
    accusatief   protokolü     protokolleri  
    locatief   protokolde     protokollerde  
    ablatief   protokolden     protokollerden  

    Zelfstandig naamwoord

    protokol

    1. protocol
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.