revolveren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van revolveren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		revolveren			te revolveren
onvoltooid	toekomend		zullen revolveren			te zullen revolveren
voltooid	tegenwoordig		gerevolveerd			te gerevolveerd
voltooid	toekomend		gerevolveerd zullen			gerevolveerd te zullen
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	revolverend		gerevolveerd			ev. revolveer	mv. verouderd revolveert	revolvere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	revolveer	revolveert	revolveert	revolveert	revolveert	revolveren	revolveren	revolveren
verleden (o.v.t.)	revolveerde	revolveerde	revolveerde	revolveerde	revolveerde	revolveerden	revolveerden	revolveerden
toekomend (o.t.t.t.)	zal revolveren	zult/zal revolveren	zult/zal revolveren	zult revolveren	zal revolveren	zullen revolveren	zullen revolveren	zullen revolveren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou revolveren	zou revolveren	zou(dt) revolveren	zoudt revolveren	zou revolveren	zouden revolveren	zouden revolveren	zouden revolveren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.