roodborstje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  roodborstje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrodbɔrs(t)jə/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • rood·borst·je
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van  roodborst zn  met het achtervoegsel -je
    • [2] in de betekenis van ‘zangvogel’ aangetroffen vanaf 1494 [1] [2] [3]

Zelfstandig naamwoord

hetroodborstjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord roodborst
  2. (zangvogels) bepaald soort vrij gedrongen vogeltje met opvallende bruinrode keel, Erithacus rubecula 
Opmerkingen
  • [2] In het spraakgebruik is het verkleinwoord de gangbare vorm.
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord roodborstje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.