schalmei

Uitspraak

• Geluid:  schalmei    (hulp, bestand)
• IPA: / sxɑlˈmɛi / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• schal·mei

Woordherkomst en -opbouw

• via Middelnederlands schalmeye, Middelhoogduits schalmie, Middelfrans chalemie van Latijn calamus "onder meer rietfluit" dat teruggaat op Oudgrieks κάλαμος (kálamos); in de betekenis van ‘blaasinstrument’ aangetroffen vanaf 1351 ^{[1] [2] [3]}

Zelfstandig naamwoord

de schalmei v / m

1. (muziekinstrument) blaasinstrument met een rechte conische boring en een los dubbel riet dat de toon vormt
2. (muziek) bepaald tongwerk in een orgel

• 1. Een schalmei.
• 1. Twee schalmeien.
• 1. Een muzikant bespeelt een schalmei.
• 1. Muzikanten laten een doedelzak (links) en een schalmei (rechts) klinken.

Werkwoord

schalmei

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schalmeien
   

   • Ik schalmei. 

2. gebiedende wijs van schalmeien
   

   • Schalmei! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schalmeien
   

   • Schalmei je? 

Gangbaarheid

• Het woord schalmei staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schalmei" herkend door:

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen