snatch

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  snatch    (hulp, bestand)
  • IPA:
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
snatch snatches

Zelfstandig naamwoord

snatch

  1. greep, ruk
  2. fragment, klein stuk, klein gedeelte
  3. (informeel) diefstal, roof
  4. (informeel) ontvoering
vervoeging
onbepaalde wijs to  snatch 
he/she/it  snatches 
verleden tijd  snatched 
voltooid
deelwoord
 snatched 
onvoltooid
deelwoord
 snatching 
gebiedende wijs  snatch 

Werkwoord

snatch

  1. onovergankelijk rukken [1]
  2. overgankelijk (snel) grijpen, pakken

Verwijzingen

  1. snatch, Online Etymology Dictionary
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.