synagoog

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  synagoog    (hulp, bestand)
  • IPA: /sinaˈɣox/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • sy·na·goog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord synagoog synagoges
synagogen
verkleinwoord synagoogje synagoogjes

Zelfstandig naamwoord

desynagoogv/m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) (religie) gebedshuis van joden, gebouw voor joodse godsdienstige bijeenkomst
  2. (Jiddisch-Hebreeuws) (religie) joodse gemeente
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • synagooggebouw
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'synagoog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
77 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. synagoog op website: Etymologiebank.nl
  2. Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.