up

Uitspraak

• Geluid:  up    (hulp, bestand)
• IPA: /ʏp/

Woordherkomst en -opbouw

• van Engels up

Zelfstandig naamwoord

de up m

1. (natuurkunde) naam van een van de zes quarks waaruit protonen en neutronen zijn opgebouwd
2. (drinken) kleurloze frisdrank met citroen- of limoensmaak

Gangbaarheid

• Het woord up staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Uitspraak

• Geluid:  up (VS)    (hulp, bestand)
• VS en VK
  • IPA: /ʌp/
  • SAMPA: /Vp/
• AUS
  • IPA: /ap/
  • SAMPA: /ap/

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van het Oudengelse upp.

Bijwoord

up

1. op, naar boven

Zelfstandig naamwoord

up

1. (natuurkunde) naam van een van de zes quarks waaruit protonen en neutronen zijn opgebouwd