vierhonderdzesenveertig

Nederlands

0446
vierhonderdzesenveertig,
op een abacus
Uitspraak
  • Geluid:  vierhonderdzesenveertig    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌvirhɔndərtˈsɛsənˌfertəx/ (7 lettergrepen)
Woordafbreking
  • vier·hon·derd·zes·en·veer·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vierhonderdzesenveertig

  1. "446", het getal tussen vierhonderdvijfenveertig en vierhonderdzevenenveertig, vierhonderd plus zesenveertig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vierhonderdzesenveertig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdzesenveertig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • vierhonderdzesenveertigste

hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdzesenveertig" ht als linkerdeel

  • vierhonderdzesenveertigduizend
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord vierhonderdzesenveertig vierhonderdzesenveertigs
verkleinwoord vierhonderdzesenveertigje vierhonderdzesenveertigjes

Zelfstandig naamwoord

devierhonderdzesenveertigv/m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 446 is aangeduid
    • Als jij vierhonderdzesenveertig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

devierhonderdzesenveertigmv

  1. groep van 446 eenheden
    • Die vierhonderdzesenveertig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'vierhonderdzesenveertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.