vijgenboom

Nederlands

Uitspraak

Geluid: vijgenboom (hulp, bestand)

Woordafbreking

vij·gen·boom

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van vijg en boom met het invoegsel -en- ^[1]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vijgenboom	vijgenbomen
verkleinwoord	vijgenboompje	vijgenboompjes

Zelfstandig naamwoord

de vijgenboom m

(plantkunde) Ficus carica tropische boom uit de moerbeifamilie (Moraceae )

Vertalingen

1. tropische boom

Arabisch: تِين ^(ar)
Duits: Feigenbaum ^(de), Echte Feige ^(de)
Engels: fig tree ^(en), common fig ^(en)
Fins: aitoviikuna ^(fi)
Frans: figuier ^(fr)

Italiaans: fico ^(it)
Portugees: figueira ^(pt)
Spaans: higuera ^(es) v, higuera breval ^(es) v
Thai: มะเดื่อ ^(th), มะเดื่อฝรั่ง ^(th)
Turks: İncir ^(tr)

Gangbaarheid

Het woord vijgenboom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

[1] vijgenboom in het Nederlands Soortenregister N
[1] vijgenboom op Wikidata

Verwijzingen

↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.