voetbed

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voetbed    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • voet·bed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voetbed voetbedden
verkleinwoord voetbedje voetbedjes

Zelfstandig naamwoord

hetvoetbedo

  1. (schoeisel) de bovenzijde van een schoenzool, waarop de voetzool staat
    • Een schoen met een orthopedisch voetbed . 
Synoniemen
Antoniemen
  • buitenzool
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord voetbed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.