vooruitgaan
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vooruitgaan (hulp, bestand)
- IPA: / vorˈœytxan / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /vo̝ːˈrœʏ̯tˌχan/, /vo̝ːˈrʌʏ̯tˌχan/
- (Vlaanderen, Brabant): /voːˈrœːtˌxaːn/
- (Limburg): /voːˈrœːdˌɣaːn/
Woordafbreking
- voor·uit·gaan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vooruit bw en gaan ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vooruitgaan |
ging vooruit |
vooruitgegaan |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
vooruitgaan
- ergatief naar voren gaan
- ergatief vooruitgang boeken, vorderingen maken
- enige tijd van tevoren gaan
Verwante begrippen
- opschieten, vlotten, voortbewegen, vooruitkomen, vorderen, veld winnen
Vertalingen
1. naar voren gaan
Gangbaarheid
- Het woord vooruitgaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vooruitgaan" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.