wetenschapsman

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wetenschapsman    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwetənsxɑpsˌmɑn/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • we·ten·schaps·man
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wetenschapsman wetenschapsmannen
(wetenschapslieden)
(wetenschapslui)
verkleinwoord wetenschapsmannetje wetenschapsmannetjes

Zelfstandig naamwoord

dewetenschapsmanm

  1. (wetenschap) man die zich beijvert stelselmatige kennis en begrip op academisch niveau te vergroten
     Prof. dr. A. G. De Wilde, hoogleraar Anatomie en Embryologie aan de Rijksuniversiteit van Groningen, is een voorzichtige wetenschapsman bij wie de woorden 'mogelijk' en 'misschien' vóór op .de tong liggen.[2]
Hyperoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord wetenschapsman staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Henk Hellema
    “Handlezen en het voorspellen van ziekte” (19 april 1984) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.