zub

Nedersorbisch

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *zǫbъ

Zelfstandig naamwoord

zub m

  1. (anatomie) tand; een harde en wittige gecalcificeerde structuur in de mond van mensen en veel dieren, hoofdzakelijk gebruikt voor het kauwen van eten
Afgeleide begrippen
  • zubaŕ
  • zubny
  • zubowy
Verwante begrippen
  • zubak
  • zubank
  • zubcyk
  • zubick
  • zubik
  • zubkaty

Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /zʊp/
Woordafbreking
  • zub
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *zǫbъ

Zelfstandig naamwoord

zub monbezield

  1. (anatomie) tand; een harde en wittige gecalcificeerde structuur in de mond van mensen en veel dieren, hoofdzakelijk gebruikt voor het kauwen van eten
  2. (techniek) tand; een meestal scherp uitsteeksel aan bepaalde voorwerpen, zoals zagen of tandwielen
Afgeleide begrippen
  • zubáč
  • zubár mbezield
  • zubatý
  • zubček monbezield
  • zubisko o
  • zubnica v
  • zubný
  • zúbok monbezield
  • zubovina v
  • zubový
Verwante begrippen
  • zubárstvo o
Uitdrukkingen en gezegden
  • držať jazyk za zubami

Meer informatie

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /zʊp/
  • Geluid:  zub    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zub
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *zǫbъ

Zelfstandig naamwoord

zub monbezield

  1. (anatomie) tand; een harde en wittige gecalcificeerde structuur in de mond van mensen en veel dieren, hoofdzakelijk gebruikt voor het kauwen van eten
    «Spadl ze žebříku a vyrazil si zub
    Hij is van trap gevallen en heeft een tand uit z'n mond geslagen.
  2. (techniek) tand; een meestal scherp uitsteeksel aan bepaalde voorwerpen, zoals zagen of tandwielen
    «Pila měla tupé zuby
    De zaag had botte tanden.
Verbuiging
Afgeleide begrippen
  • pizizub m
  • rosolozub m
  • šavlozubý
  • trojzubec m
  • zoubek monbezield
  • zubař mbezield
  • zubatý
  • zubní
  • zuboměr m
  • zuboretný
  • zubořez
  • zuboun mbezield
Typische woordcombinaties
  • bílé zuby monbezieldmv – witte tanden
  • bolesti zubů vtandpijn
  • čistit si zubytandenpoetsen
  • cvakat zuby – met de tanden klapperen
  • drkotat zuby – met de tanden klapperen
  • kořen zubu monbezieldtandwortel
  • mléčný zub monbezield
  • plombovat / zaplombovat zub – vullen van een tand
  • skřípat zubytandenknarsen
  • stálý zub monbezield
  • trhat / vytrhnout zub – trekken van een tand
  • umělé zuby monbezieldmv – kunstmatige tanden
  • vykotlaný zub monbezield
  • vyviklaný zub monbezield
  • zdravé zuby monbezieldmv – gezonde tanden
  • zkažený zub monbezield
  • zub času monbezield
  • zub klíče monbezieldtand van een sleutel
  • zub kola monbezieldtand van een tandwiel
  • zub moudrosti monbezield
  • zub pily monbezieldtand van een zaag
  • zub třenový monbezield
  • zub vidličky monbezieldtand van een vork
  • zuby nehty monbezieldmv
Verwante begrippen
  • ozubený
  • pizizubka v
  • zoubeček monbezield
  • zubačka v
  • zubařka v
  • zubařský
  • zubatá v
  • zubit se
  • zubodásňový
  • zubovina v
Uitspraak
  • darovanému koni na zuby nehleď
  • oko za oko, zub za zub
Uitdrukkingen en gezegden
  • bránit se zuby nehty
  • brousit si zuby na co
  • dát někomu do zubů
  • dělat si na něco zuby
  • držet jazyk za zuby
  • mít plné zuby
  • podívat se něčemu na zub
  • ukázat někomu zuby
  • vylámat si na něčem zuby
  • vynést v zubech
  • zatnout zuby
Paroniemen

Meer informatie

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.