zwiwwle

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈʦviːʋlə /
Woordafbreking
  • zwiww·le
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van Duits:  zwiebeln ww 
vervoeging
tegenwoordige tijd, aantonende wijs, bedrijvende vorm
hele vervoeging zie zwiwwle/vervoeging
onbepaalde
wijs
zwiwwle
verleden
tijd
(er) hot gezwiwwelt
voltooid
deelwoord
gezwiwwelt
enkelvoud meervoud
1e persoon ich zwiwwel mir / mer zwiwwle
2e persoon du zwiwwelscht dihr / der
dihr / der
dihr / der
ihr / er
ihr / er
nihr / ner
zwiwwelt
zwiwwle
zwiwwle
zwiwwelt
zwiwwle
zwiwwle
3e persoonerzwiwweltsiezwiwwle
sie zwiwwelt
es zwiwwelt

Werkwoord

zwiwwle

  1. overgankelijk jennen, judassen, klieren, pesten, treiteren
Verwante begrippen
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.