aas

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aas    (hulp, bestand)
  • IPA: /as/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • aas
Woordherkomst en -opbouw
[A] enkelvoud meervoud
naamwoord aas azen
verkleinwoord aasje aasjes

Zelfstandig naamwoord

[A]aas m (o)

  1. speelkaart die met A aangeduid wordt; vaak hoogste in het spel, hoewel ze eigenlijk de getalswaarde 1 heeft
    • De aas van troef is de hoogste kaart in het spel. 
Hyponiemen
Spreekwoorden
  • geen aasje: geen ziertje
Vertalingen
[B] enkelvoud meervoud
naamwoord aas azen
verkleinwoord aasje aasjes

Zelfstandig naamwoord

[B]hetaaso

  1. stuk vlees dat als lokmiddel gebruikt wordt
    • Vergiftigd aas is een bekende manier om ongewenste honden en katten te doden. 
  2. dood dier dat door een aasvreter opgeruimd wordt
    • In de natuur wordt alles hergebruikt. Zo is aas voedsel voor aasvreters en wormen. 
  3. lokmiddel in het algemeen
     Het zou lang duren voordat ik vergat hoe Eff Polly het aas van de vrijheid had voorgehouden.[8]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
azen

[B] aas

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van azen
    • Ik aas. 
  2. gebiedende wijs van azen
    • Aas! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van azen
    • Aas je? 

Gangbaarheid

  • Het woord aas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[9]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.