afstandsbediening

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afstandsbediening    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·stands·be·die·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afstandsbediening afstandsbedieningen
verkleinwoord afstandsbedieninkje afstandsbedieninkjes

Zelfstandig naamwoord

deafstandsbedieningv

  1. (elektrotechniek) een toestel dat vanaf afstand een ander toestel bestuurt
    • De batterij van de afstandsbediening was weer eens leeg. 
     Zonder iets te zeggen ging hij op de bank zitten en pakte de afstandsbediening. Neurotisch zapte hij van de ene naar de andere zender.[1]
Hyponiemen
  • draadloze afstandsbediening, infraroodafstandsbediening, universele afstandsbediening
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord afstandsbediening staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.