babičkovský

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /babɪtʃkɔfskiː/
Woordafbreking
  • ba·bič·kov·ský
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandig naamwoord babička met het achtervoegsel -ovský

Bijvoeglijk naamwoord

babičkovský

  1. oma's, grootmoeders; met betrekking tot oma's.
Verbuiging


Verwante begrippen

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.