< decentraliseren
decentraliseren/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van decentraliseren | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | decentraliseren | te decentraliseren | ||||||
toekomend | zullen decentraliseren | te zullen decentraliseren | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gedecentraliseerd | te hebben gedecentraliseerd | ||||||
toekomend | gedecentraliseerd zullen hebben | gedecentraliseerd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
decentraliserend | gedecentraliseerd | ev. decentraliseer | mv. verouderd decentraliseert | decentralisere | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | decentraliseer | decentraliseert | decentraliseert | decentraliseert | decentraliseert | decentraliseren | decentraliseren | decentraliseren | |
verleden (o.v.t.) | decentraliseerde | decentraliseerde | decentraliseerde | decentraliseerde | decentraliseerde | decentraliseerden | decentraliseerden | decentraliseerden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal decentraliseren | zult/zal decentraliseren | zult/zal decentraliseren | zult decentraliseren | zal decentraliseren | zullen decentraliseren | zullen decentraliseren | zullen decentraliseren | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou decentraliseren | zou decentraliseren | zou(dt) decentraliseren | zoudt decentraliseren | zou decentraliseren | zouden decentraliseren | zouden decentraliseren | zouden decentraliseren | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gedecentraliseerd | hebt gedecentraliseerd | hebt/heeft gedecentraliseerd | hebt gedecentraliseerd | heeft gedecentraliseerd | hebben gedecentraliseerd | hebben gedecentraliseerd | hebben gedecentraliseerd | |
verleden (v.v.t.) | had gedecentraliseerd | had gedecentraliseerd | had gedecentraliseerd | hadt gedecentraliseerd | had gedecentraliseerd | hadden gedecentraliseerd | hadden gedecentraliseerd | hadden gedecentraliseerd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal gedecentraliseerd hebben | zal/zult gedecentraliseerd hebben | zult/zal gedecentraliseerd hebben | zult gedecentraliseerd hebben | zal gedecentraliseerd hebben | zullen gedecentraliseerd hebben | zullen gedecentraliseerd hebben | zullen gedecentraliseerd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gedecentraliseerd hebben | zou gedecentraliseerd hebben | zou/zoudt gedecentraliseerd hebben | zoudt gedecentraliseerd hebben | zou gedecentraliseerd hebben | zouden gedecentraliseerd hebben | zouden gedecentraliseerd hebben | zouden gedecentraliseerd hebben | |
onpersoonlijke lijdende vorm gedecentraliseerd worden | |||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||
tegenwoordig | er wordt gedecentraliseerd | er is gedecentraliseerd | |||||||
verleden | er werd gedecentraliseerd | er was gedecentraliseerd | |||||||
toekomend | er zal gedecentraliseerd worden | er zal gedecentraliseerd zijn | |||||||
voorwaardelijk | er zou gedecentraliseerd worden | er zou gedecentraliseerd zijn |
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.