garda

Frans

Werkwoord

vervoeging van
garder

garda

  1. derde persoon enkelvoud verleden tijd (passé simple) van garder

Gotisch

Zelfstandig naamwoord

garda

  1. datief enkelvoud van gards
Schrijfwijzen
  • 𐌲𐌰𐍂𐌳𐌰

Pools

Zelfstandig naamwoord

garda v

  1. (sport) de houding van de handen om het hoofd en de buik te beschermen

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /garda/
Woordafbreking
  • gar·da
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Franse garde

Zelfstandig naamwoord

garda v

  1. garde; lijfwacht
  2. garde; een militaire elite-eenheid
  3. garde, militie; een eenheid van vrijwilligers
  4. garde; een groep aanhangers van een bepaalde beweging of personen uit eenzelfde generatie
Verbuiging
Synoniemen
  • stráž mbezield
Afgeleide begrippen
  • gardička v
  • gardový
Typische woordcombinaties
  • Íránské revoluční gardy v – Iraanse Revolutionaire Garde
  • národní garda v – nationale garde
  • stará garda v – oude garde
  • Švýcarská garda v – Zwitserse Garde
Verwante begrippen

Meer informatie

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.