hoogwater

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hoogwater    (hulp, bestand)
  • IPA: /hoxˈwatər/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking

hoog·wa·ter

Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hoogwater hoogwateren
hoogwaters
verkleinwoord hoogwatertje hoogwatertjes

Zelfstandig naamwoord

hethoogwatero

  1. ogenblik dat de vloed op zijn hoogst is
     De Jupiter was wel groot genoeg voor een ‘tijpoort’: een beperkt tijdvak voor vertrek omdat het schip met een diepgang van 13,70 meter alleen bij hoogwater door kan varen.[3]
  2. hoge waterstand in het algemeen
     Door het hoogwater wonen sommige Nederlanders tijdelijk op een eiland. Zo is het Overijsselse Fortmond al sinds Eerste Kerstdag niet meer bereikbaar via de weg.[4]
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hoogwater staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. hoogwater op website: Etymologiebank.nl
  3. Weblink bron
    Mark Duursma
    “Vastgezogen in slib van Westerschelde” (14 augustus 2017) op nrc.nl
  4. Weblink bron
    Nienke Beintema
    “Hoogwater verrijkt én vervuilt de natuur” (28 december 2023) op nrc.nl
  5. Weblink bron “Rode kool / rodekool” op taaladvies.net
  6. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.