koppeling

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  koppeling    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kop·pe·ling
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van koppelen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord koppeling koppelingen
verkleinwoord koppelingetje koppelingetjes

Zelfstandig naamwoord

dekoppelingv

  1. (techniek) een constructie die in een motor of voertuig mechanische krachten op een te onderbreken wijze overbrengt
    • Die koppeling mag wel eens nagekeken worden. 
  2. (techniek) een vaste maar beweeglijke verbinding tussen twee voorwerpen, bijvoorbeeld treinwagons
  3. (techniek) een verbindingsstuk
  4. (informatica) een verbinding tussen hardware en/of apparatuureenheden
  5. de daad van het koppelen (ook figuurlijk)
Synoniemen
  • [2] koppelinrichting
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord koppeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.