overgang

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overgang    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɔvərˌɡɑŋ/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • over·gang
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord overgang overgangen
verkleinwoord overgangetje overgangetjes

Zelfstandig naamwoord

deovergangv

  1. het overgaan of veranderen in
    • De overgang tussen licht en donker is op dit schilderij heel goed te zien. 
     De abrupte overgang van de woestijn naar de hoge Sierra kwam onverwacht hard aan.[2]
  2. het van een toestand in een andere overgaan
  3. de plaats waar men iets kan passeren zoals een spoorwegovergang
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord overgang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.