< persuaderen
persuaderen/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van persuaderen | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | persuaderen | te persuaderen | ||||||||
toekomend | zullen persuaderen | te zullen persuaderen | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gepersuadeerd | te hebben gepersuadeerd | ||||||||
toekomend | gepersuadeerd zullen hebben | gepersuadeerd te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
persuaderend | gepersuadeerd | ev. persuadeer | mv. verouderd persuadeert | persuadere | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | persuadeer | persuadeert | persuadeert | persuadeert | persuadeert | persuaderen | persuaderen | persuaderen | |||
verleden (o.v.t.) | persuadeerde | persuadeerde | persuadeerde | persuadeerde | persuadeerde | persuadeerden | persuadeerden | persuadeerden | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal persuaderen | zult/zal persuaderen | zult/zal persuaderen | zult persuaderen | zal persuaderen | zullen persuaderen | zullen persuaderen | zullen persuaderen | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou persuaderen | zou persuaderen | zou(dt) persuaderen | zoudt persuaderen | zou persuaderen | zouden persuaderen | zouden persuaderen | zouden persuaderen | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gepersuadeerd | hebt gepersuadeerd | hebt/heeft gepersuadeerd | hebt gepersuadeerd | heeft gepersuadeerd | hebben gepersuadeerd | hebben gepersuadeerd | hebben gepersuadeerd | |||
verleden (v.v.t.) | had gepersuadeerd | had gepersuadeerd | had gepersuadeerd | hadt gepersuadeerd | had gepersuadeerd | hadden gepersuadeerd | hadden gepersuadeerd | hadden gepersuadeerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gepersuadeerd hebben | zal/zult gepersuadeerd hebben | zult/zal gepersuadeerd hebben | zult gepersuadeerd hebben | zal gepersuadeerd hebben | zullen gepersuadeerd hebben | zullen gepersuadeerd hebben | zullen gepersuadeerd hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gepersuadeerd hebben | zou gepersuadeerd hebben | zou/zoudt gepersuadeerd hebben | zoudt gepersuadeerd hebben | zou gepersuadeerd hebben | zouden gepersuadeerd hebben | zouden gepersuadeerd hebben | zouden gepersuadeerd hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm gepersuadeerd worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt gepersuadeerd | er is gepersuadeerd | |||||||||
verleden | er werd gepersuadeerd | er was gepersuadeerd | |||||||||
toekomend | er zal gepersuadeerd worden | er zal gepersuadeerd zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou gepersuadeerd worden | er zou gepersuadeerd zijn | |||||||||
lijdende vorm gepersuadeerd worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | gepersuadeerd worden | gepersuadeerd te worden | ||||||||
toekomend | gepersuadeerd zullen worden | gepersuadeerd te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | gepersuadeerd zijn | gepersuadeerd te zijn | ||||||||
toekomend | gepersuadeerd zullen zijn | gepersuadeerd te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word gepersuadeerd | wordt gepersuadeerd | wordt gepersuadeerd | wordt gepersuadeerd | wordt gepersuadeerd | worden gepersuadeerd | worden gepersuadeerd | worden gepersuadeerd | |||
verleden (o.v.t.) | werd gepersuadeerd | werd gepersuadeerd | werd gepersuadeerd | werdt gepersuadeerd | werd gepersuadeerd | werden gepersuadeerd | werden gepersuadeerd | werden gepersuadeerd | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal gepersuadeerd worden | zult gepersuadeerd worden | zult gepersuadeerd worden | zult gepersuadeerd worden | zal gepersuadeerd worden | zullen gepersuadeerd worden | zullen gepersuadeerd worden | zullen gepersuadeerd worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou gepersuadeerd worden | zou gepersuadeerd worden | zou/zoudt gepersuadeerd worden | zoudt gepersuadeerd worden | zou gepersuadeerd worden | zouden gepersuadeerd worden | zouden gepersuadeerd worden | zouden gepersuadeerd worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben gepersuadeerd | bent gepersuadeerd | bent/is gepersuadeerd | zijt gepersuadeerd | is gepersuadeerd | zijn gepersuadeerd | zijn gepersuadeerd | zijn gepersuadeerd | |||
verleden (v.v.t.) | was gepersuadeerd | was gepersuadeerd | was gepersuadeerd | waart gepersuadeerd | was gepersuadeerd | waren gepersuadeerd | waren gepersuadeerd | waren gepersuadeerd | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal gepersuadeerd zijn | zult gepersuadeerd zijn | zult gepersuadeerd zijn | zult gepersuadeerd zijn | zal gepersuadeerd zijn | zullen gepersuadeerd zijn | zullen gepersuadeerd zijn | zullen gepersuadeerd zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gepersuadeerd zijn | zou gepersuadeerd zijn | zou/zoudt gepersuadeerd zijn | zoudt gepersuadeerd zijn | zou gepersuadeerd zijn | zouden gepersuadeerd zijn | zouden gepersuadeerd zijn | zouden gepersuadeerd zijn |
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.