steinn

Niet te verwarren met: Steinn

IJslands

Uitspraak

Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
IPA: / steitn /

Woordherkomst en -opbouw

Ontleend aan het Oudnoordse zelfstandige naamwoord steinn, dat von het Protogermaanse zelfstandige naamwoord [[ᛊᛏᚨᛁᚾᚨᛉ#Protogermaans|ᛊᛏᚨᛁᚾᚨᛉ]] (*steinaz) komt

*Verwant met:

- Deens: sten
- Duits: Stein
- Elfdaals: stien
- Engels: stone

- Faeröers: steinur
- Fries: stien
- Nederlands: steen
- Nedersaksisch: Steen

- Noors: sten
- Nynorsk: stein
- Zweeds: stein

Naar frequentie	7078

Klasse m1 sterk	enkelvoud		meervoud
Klasse m1 sterk	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	steinn	steinninn	steinar	steinarnir
genitief	steins	steinsins	steina	steinanna
datief	steini	steininum	steinum	steinunum
accusatief	stein	steininn	steina	steinanna

Zelfstandig naamwoord

steinn, m

steen
pit (harde zaden, bijv. in appel, meloen, mango, sinaasappel en perzik)
(informeel) bajes (gevangenis)
«Hann situr í steininum.»
Hij zit in de bajes.

Synoniemen

[2]: kjarni
[3]: fangelsi

Hyponiemen

[1]: álfsteinn
[1]: augasteinn
[1]: brennisteinn
[1]: fæðingarsteinn
[1]: gimsteinn
[1]: hafsteinn

[1]: hornsteinn
[1]: loftsteinn
[1]: málmloftsteinn
[1]: mánasteinn
[1]: múrsteinn
[1]: náttúrussteinn

[1]: prófsteinn
[1]: sandsteinn
[1]: seguljárnsteinn
[1]: skrautsteinn
[1]: staupasteinn

Uitdrukkingen en gezegden

[1]: að sofa eins og steinn

slapen als een steen

[1]: að þegja eins og steinn

zo stil als een graf

[1]: að valda því að ekki stendur steinn yfir steini

geen steen op de andere laten

[1]: Steinn, skæri, blað

Steen, papier, schaar

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.