visvangst

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  visvangst    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vis·vangst
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord visvangst visvangsten
verkleinwoord visvangstje visvangstjes

Zelfstandig naamwoord

devisvangstv

  1. het vangen van vis.
  2. hoeveelheid gevangen vis.
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord visvangst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.