wol

Niet te verwarren met: wół

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wol    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʋɔl/
Woordafbreking
  • wol
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘haren van sommige dieren’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord wol —
verkleinwoord wolletje wolletjes

Zelfstandig naamwoord

de wol v / m

  1. (textiel) weefsel van wollen garens
    • Schapenwol is de meest bekende soort wol. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Door de wol geverfd zijn
zeer ervaren zijn
  • Onder de wol kruipen
naar bed gaan
  • Veel geschreeuw maar weinig wol
veel woorden hebben maar in de praktijk komt daar weinig van terecht
Overerving en ontlening
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Indonesisch

Woordafbreking
  • wol
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

wol

  1. (materiaalkunde) wol
Verwante begrippen

Veluws

Werkwoord

wol

  1. wou
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.