závada

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /zaːvada/
Woordafbreking
  • zá·va·da
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *zavada

Zelfstandig naamwoord

závada v

  1. defect, gebrek
Verbuiging
Synoniemen
  • defekt monbezield
  • nedostatek monbezield
  • porucha v
  • vada v
Afgeleide begrippen
  • závadný
  • závadový
Verwante begrippen

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.