Bauschtee
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈbauʃteː /
Woordafbreking
- Bau·schtee
Woordherkomst en -opbouw
- Samenstelling van Bau ww "bouw" en Schtee zn "steen" , afkomstig van het Duitse zelfstandige naamwoord Baustein zn , verwant met het Nederlandse zelfstandige naamwoord bouwsteen zn
enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
---|---|---|---|---|
nominatief | en Bauschtee | der Bauschtee | Bauschtee | die Bauschtee |
datief | me Bauschtee | em Bauschtee | Bauschtee | de Bauschtee |
accusatief | en Bauschtee | der Bauschtee | Bauschtee | die Bauschtee |
Zelfstandig naamwoord
Bauschtee, m
Hyponiemen
- Backeschtee zn
- Mauerschtee zn
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.