dub

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dub    (hulp, bestand)
  • IPA: /dʏp/
Woordafbreking
  • dub
Woordherkomst en -opbouw
  • van het Engels [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord dub dubs
verkleinwoord dubje dubjes

Zelfstandig naamwoord

dedubv/m

  1. (muziek) een extra geluid dat ingebracht wordt in een bestaand geluidsfragment
    • Daar moet nog een dub ingevoegd worden. 
  2. een techniek die bij reggae gebruikt wordt voor het verkrijgen van bepaalde akoestische karakteristieken
Afgeleide begrippen
  • dubbing
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
dubben

dub

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dubben
    • Ik dub. 
  2. gebiedende wijs van dubben
    • Dub! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dubben
    • Dub je? 

Gangbaarheid

  • Het woord dub staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Nedersorbisch

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *dǫbъ

Zelfstandig naamwoord

dub m

  1. (plantkunde) eik

Oppersorbisch

Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *dǫbъ

Zelfstandig naamwoord

dub m

  1. (plantkunde) eik
Afgeleide begrippen
  • dubowy
Verwante begrippen
  • dubina
  • dubinka
  • dubowina
  • dubrawa

Meer informatie

Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /dʊp/
Woordafbreking
  • dub
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *dǫbъ

Zelfstandig naamwoord

dub m

  1. (plantkunde) eik; een geslacht van loofbomen
  2. eikenhout; het hout van een eik
Hyperoniemen
  1. listnatý strom m, rastlina v
  2. drevo o
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • dubák
  • dúbrava
Typische woordcombinaties
Uitdrukkingen en gezegden
  • chlap ako dub
  • spať ako dub

Meer informatie

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /dʊp/
Woordafbreking
  • dub
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *dǫbъ

Zelfstandig naamwoord

dub monbezield

  1. (plantkunde) eik; een geslacht van loofbomen
  2. eikenhout; het hout van een eik
Verbuiging
Hyperoniemen
  1. listnatý strom monbezield, strom monbezield, rostlina v
  2. dřevo o
Gelijkklinkende woorden
  • dup
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • dub alžírský monbezield
  • dub Aucherův monbezield
  • dub bahenní monbezield
  • dub balkánský monbezield
  • dub bažinný monbezield
  • dub cer / dub slovenský monbezield
  • dub černomořský monbezield
  • dub červený monbezield
  • dub cesmínovitý monbezield
  • dub cesmínový monbezield
  • dub hálkový monbezield
  • dub kermesový monbezield
  • dub korkový monbezield
  • dub letní monbezield
  • dub libanonský monbezield
  • dub okrouhlolistý monbezield
  • dub palestinský monbezield
  • dub portugalský monbezield
  • dub pyrenejský monbezield
  • dub pýřitý / dub šípák monbezield
  • dub šarlatový monbezield
  • dub šupinatý monbezield
  • dub uherský monbezield
  • dub velkoplodý monbezield
  • dub zimní monbezield
  • mořený dub monbezield – gebeitst eikenhout
Verwante begrippen
  • doubí
  • doubrava v
  • dubák m
  • duběnka v
  • dubina v
  • dubisko o
  • dubově (bw.)
Uitdrukkingen en gezegden
  • mluvit jako do dubu
Spreekwoorden
  • každý dub vyrostl z žaludu
  • jednou ranou dub nepadne
Anagrammen

Meer informatie

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.