fur

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  fur (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /fɜɹ/, /fɜː/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Middelengelse furren.

Zelfstandig naamwoord

fur

  1. (anatomie), (dierkunde) bontwerk, pels, vacht
  2. (heraldiek) pelswerk
vervoeging
onbepaalde wijs to  fur 
he/she/it  furs 
verleden tijd  fur 
voltooid
deelwoord		  fur 
onvoltooid
deelwoord		  furring 
gebiedende wijs  fur 

Werkwoord

fur

  1. overgankelijk van bont voorzien
  2. onovergankelijk beslaan [3]

Bijvoeglijk naamwoord

fur

  1. bonten

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /fyʁ/
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontwikkeld uit Middelfrans fuer in de uitdrukking au fuer "naar verhouding" (14e eeuw), Oudfrans fuer in a nul fuer "tegen geen enkele prijs, op geen enkele wijze" (1160), uiteindelijk uit Latijn forum "publieke plaats, markt" [1]
  • Tegenwoordig uitsluitend in de uitdrukking au fur et à mesure "naar mate, in de loop (van)", vergelijk semantisch Engels gradually.

Zelfstandig naamwoord

fur m

  1. maat, verhouding
    «Mais au fur et à mesure que la pandémie avançait, j’ai commencé à voir leur flamme s’éteindre.»[2]
    Maar naar mate de pandemie voortschreed, zag ik al gauw hun levenslust verdwijnen.
Uitdrukkingen en gezegden

Verwijzingen

  1. ↑ fur (Etymologie) in: Le Trésor de la Langue Française informatisé (1971-1994) op de website cnrtl.fr .
  2. ↑ Weblink bron
    Didier Stiers
    “« Blue et compagnie » : nos amis imaginaires. Du pouvoir de l’imagination” (7 mei 2024) op www.lesoir.be

Latijn

Uitspraak
  • Geluid:  fur    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈfuːr/
Woordafbreking
  • fur

Zelfstandig naamwoord

fūr m of v

  1. dief, dievegge
Verwante begrippen
  • furtivum, furtim, furari
Verbuiging
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.