invoegsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  invoegsel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·voeg·sel
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van invoegen met het achtervoegsel -sel
enkelvoud meervoud
naamwoord invoegsel invoegsels
verkleinwoord invoegseltje invoegseltjes

Zelfstandig naamwoord

hetinvoegselo

  1. (taalkunde) een affix zonder eigen betekenis dat tussen twee delen van een samenstelling geplaatst wordt of tussen een naamwoord en een achtervoegsel.
    • Door een invoegsel worden de twee delen van een woord op toepasselijke wijze met elkaar verbonden. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Woorddelen in het Nederlands (nld)

toevoegselvoorvoegselachtervoegselinvoegselomvoegsel
affixprefixsuffixinterfixcircumfix

Gangbaarheid

  • Het woord 'invoegsel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.