achtervoegsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  achtervoegsel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɑxtərvuxsəl/ (4 lettergrepen); /'ɑx.tər.vux.səl/
Woordafbreking
  • ach·ter·voeg·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord achtervoegsel achtervoegsels
verkleinwoord achtervoegseltje achtervoegseltjes

Zelfstandig naamwoord

hetachtervoegselo

  1. (taalkunde) een woorddeel dat achter de stam van een woord gevoegd wordt
Synoniemen
Verwante begrippen
Woorddelen in het Nederlands (nld)

toevoegselvoorvoegselachtervoegselinvoegselomvoegsel
affixprefixsuffixinterfixcircumfix

Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord achtervoegsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Achterhoeks

Zelfstandig naamwoord

achtervoegsel

  1. achtervoegsel
Verwante begrippen

Nedersaksisch

Zelfstandig naamwoord

achtervoegsel

  1. achtervoegsel
Verwante begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.