konijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  konijn    (hulp, bestand)
  • IPA: /koˈnɛin/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /kɔˈnɛɪn/
    • (Vlaanderen, Brabant): /kɔˈnɛːn/
Woordafbreking
  • ko·nijn
Woordherkomst en -opbouw
  • via Middelnederlands conijn en Oudfrans conin van Latijn cuniculus, een Iberisch leenwoord, dat in het moderne Frans vervangen is door lapin, in de betekenis van ‘haasachtige’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord konijn konijnen
verkleinwoord konijntje konijntjes

Zelfstandig naamwoord

hetkonijno

  1. (haasachtigen) bepaald soort zoogdier Oryctolagus cuniculus  dat ook gedomesticeerd kan worden gehouden
    • Het konijn at gras. 
    • Behalve dan dat de twee waarnemers zich, op het moment dat ze zo laag mogelijk gebukt vooruitkwamen, als konijnen lieten neerschieten. Eerst vielen er drie schoten en daarna een diepe stilte; de zaak was wat de vijand betreft afgedaan. [2] 
  2. (astronomie) Chinees sterrenbeeld
    • Data voor het sterrenbeeld Konijn volgens de Chinese kalender: [...] 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • bruine konijnvis, gestippelde konijnvis, konijnachtig, konijnenberg, konijnenbil, konijnenblaas, konijnenblad, konijnenbok, konijnenbont, konijnenbout, konijnenburg, konijnendistel, konijnenduin, konijneneten, konijnenfokker, konijnenfokkerij, konijnenhaar, konijnenhok, konijnenhol, konijnenhouder, konijnenhuid, konijnenjacht, konijnenkeutel, konijnenkorrel, konijnenkot, konijnenkruid, konijnenmelk, konijnenmelker, konijnennest, konijnennet, konijnenoor, konijnenpak, konijnenperk, konijnenpest, konijnenpijp, konijnenplaag, konijnenpluim, konijnenpoot, konijnenpopulatie, konijnenproof, konijnenragout, konijnenras, konijnenrug, konijnensnuit, konijnensprong, konijnenstand, konijnenstrik, konijnenstrop, konijnentaart, konijnentand, konijnenteelt, konijnenuithongering, konijnenvangst, konijnenvel, konijnenveld, konijnenvlees, konijnenvlo, konijnenvoer, konijnenwarande, konijnenziekte, konijngerecht, konijnpastei, konijnproof, konijnterrine, konijnuil, konijnuiltje, konijnvis, konijnvissen
Spreekwoorden
  • met de konijnen door de tralies kunnen eten
mager zijn
  • bij de konijnen af
meer dan erg
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord konijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.