leerkracht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leerkracht    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • leer·kracht
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenvertaling van Duits Lehrkraft, in de betekenis van ‘onderwijzer’ voor het eerst aangetroffen in 1905 [1]
  • samenstelling van  leer ww  en  kracht 
enkelvoud meervoud
naamwoord leerkracht leerkrachten
verkleinwoord leerkrachtje leerkrachtjes

Zelfstandig naamwoord

deleerkrachtv/m

  1. (onderwijs), (beroep) iemand die lesgeeft
    • De leerkracht wist in de moeilijke klas goed orde te houden. 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord leerkracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.