pako

Pools

Uitspraak
  • IPA: /pakɔ/

Zelfstandig naamwoord

pako

  1. vocatief enkelvoud van paka

Slowaaks

Woordafbreking
  • pa·ko

Zelfstandig naamwoord

pako o

  1. domkop, idioot; een dom, onhandig persoon
  2. (evenhoevigen) alpaca; een kameelachtig dier uit Zuid-Amerika

Meer informatie

Tagalog

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

pako

  1. (techniek) spijker

Meer informatie

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /pakɔ/
Woordafbreking
  • pa·ko

Zelfstandig naamwoord

pako o

  1. (spreektaal) domkop, idioot; een dom, onhandig persoon
  2. (evenhoevigen) alpaca; een kameelachtig dier uit Zuid-Amerika
Verbuiging
Synoniemen
  1. pakoš, trouba, tydýt, trumpeta, blbec, blb, blboun, blbeček, nejapa
  2. alpaka v
Verwante begrippen
  • pakárna v

Meer informatie

Zelfstandig naamwoord

pako

  1. vocatief enkelvoud van paka
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.