wandelwagen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wandelwagen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwɑndəlˌwaɣə(n)/ (4 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈʋɑn.dəɫ.ˌʋa.χə(n)/, /-dɔɫ-/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈβ̞ɑn.dəɫ.β̞a.ɣə(n)/
Woordafbreking
  • wan·del·wa·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wandelwagen wandelwagens
verkleinwoord wandelwagentje wandelwagentjes

Zelfstandig naamwoord

dewandelwagenm

  1. een wagen waarin jonge kinderen rondgereden kunnen worden
    • Zij hebben een wandelwagen waar twee kinderen in kunnen zitten. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord wandelwagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.