avers
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: avers (hulp, bestand)
- IPA: / aˈvɛrs / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- avers
Woordherkomst en -opbouw
- zn: via Frans avers en Italiaans avverso van Latijn adversus "toegekeerd" [1] [2]
- bn: via Oudfrans avers van Latijn aversus "afgekeerd" [3] [4]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | avers | aversen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de avers m
- voorzijde van een muntstuk, penning of medaille
Synoniemen
- beeldzijde
Antoniemen
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | avers | averser | averst |
verbogen | averse | aversere | averste |
partitief | avers | aversers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
avers
- met afkeer, geneigd tot bestrijden of vermijden van iets
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord avers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /avɛrs/
Woordafbreking
- avers
Zelfstandig naamwoord
avers monbezield
- avers; de voorzijde van munten of waardepapier
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | avers | aversy |
genitief | aversu | aversů |
datief | aversu | aversům |
accusatief | avers | aversy |
vocatief | averse | aversy |
locatief | aversu | aversech |
instrumentalis | aversem | aversy |
Schrijfwijzen
- averz monbezield
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- averzní
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.