bobtail

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bobtail    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bob·tail
Woordherkomst en -opbouw
  • hondenras met een kort staartje
enkelvoud meervoud
naamwoord bobtail bobtails
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

debobtailm

  1. Engels hondenras om schapen te hoeden
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord bobtail staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
61 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.