legbuis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  legbuis    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɛɣbœys/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • leg·buis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord legbuis legbuizen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

delegbuisv/m

  1. (zoötomie) hol orgaan waarmee een insect het ei ergens diep in kan aanbrengen
Synoniemen
Verwante begrippen
termen uit de entomologie:
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord legbuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
73 %van de Nederlanders;
70 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.