lex
Latijn
Uitspraak
- IPA: /lɛks/
Woordafbreking
- lex
Zelfstandig naamwoord
lēx v
- (juridisch) wet, wetsformule
- (juridisch) wetsvoorstel
- volksbesluit
- regel, voorschrift
- bepaling, voorwaarde
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | lēx | lēgēs |
genitief | lēgis | lēgum |
datief | lēgī | lēgibus |
accusatief | lēgem | lēgēs |
vocatief | lēx | lēgēs |
ablatief | lēge | lēgibus |
Spreekwoorden
- a Deo rex, a rege lex (motto van koning Jacobus I van Engeland)
- van God de koning, van de koning de wet
- amor patriae nostra lex
de liefde voor het vaderland is onze wet
- de minimis non curat lex
- triviale zaken zijn niet de zorg van de wet
- dura lex, sed lex
de wet is hard, maar het is de wet
- nemo censetur lex ignorare
iedereen wordt geacht de wet te kennen
- nulla poena sine lege
geen straf zonder wet
- salus aegroti suprema lex
het welzijn van de patiënt is de belangrijkste wet
- salus populi suprema lex esto (motto van Missouri)
- het welzijn van het volk zal de hoogste wet zijn
Overerving en ontlening
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.