no

Niet te verwarren met: no., No, NO

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  no    (hulp, bestand)
  • IPA: // (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • no
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

no

  1. alsjeblieft, maakt van een voorafgaande opdracht een vriendelijk verzoek
    «Pak dat ding voor me, no
    Pak dat ding voor me, alsjeblieft. of: Wil je dat ding voor me pakken?
  2. (op vragende toon) nietwaar, toch, vraagt om bevestiging van een voorafgaande uitspraak
    «Ze is morgen jarig, no
    Ze is morgen jarig, nietwaar?

Gangbaarheid

  • Het woord 'no' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Renata de Bies e.a.
    “Woordenboek van de Surinaamse Bijdrage aan het Nederlands” (2008), ISBN 9991420363, p. 105 kol. 1

Engels

Uitspraak
  • IPA: /noʊ/ (US)
  • IPA: /nəʊ/ (UK)

Tussenwerpsel

no

  1. nee
Gelijkklinkende woorden

Latijn

Werkwoord

vervoeging van
nāre

  1. actief indicatief praesens, eerste persoon enkelvoud van nāre

Lets

Voorzetsel

no

  1. van

Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / nuː /
Woordafbreking
  • no
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse woord nú

Bijwoord

no

  1. nou, nu, thans
    «No må han klara seg utan førarkort.»
    Nu moet hij zich behelpen zonder een rijbewijs.
Schrijfwijzen

Tussenwerpsel

no

  1. nu
Schrijfwijzen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   no     noet     no     noa  

Zelfstandig naamwoord

no, o

  1. moment, ogenblik
Synoniemen
  • augeblink
  • stund
  • tidspunkt

Zelfstandig naamwoord

no, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van no

Rohingya

Hoofdtelwoord

no

  1. negen

Spaans

Uitspraak
  • IPA: / no /
Woordafbreking
  • no
enkelvoud meervoud
no noes

Zelfstandig naamwoord

no m

  1. nee

Bijwoord

no

  1. nee
  2. niet

Verwijzingen

    Surinaams

    Uitspraak
    • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
    • IPA: /nɔ/
    Woordafbreking
    • no
    Woordherkomst en -opbouw

    Tussenwerpsel

    no

    1. nee, neen
    Afgeleide begrippen

    Bijwoord

    no

    1. niet, geen
    2. (op vragende toon) nietwaar? ? toch? (vraagt om bevestiging van een voorafgaande uitspraak)
    3. (op verbaasde toon) nee?, heus?, drukt verwondering over de voorafgaande mededeling uit
    Afgeleide begrippen
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.