negen

Nederlands

0009
negen,
op een abacus


Telwoord (nl)
0123456789
10111213141516171819
20212223242526272829
30313233343536373839
40414243444546474849
50515253545556575859
60616263646566676869
70717273747576777879
80818283848586878889
90919293949596979899
1002003004005006007008009001000
10610910121015101810211024102710301033
1036103910421045104810511054105710601063
10661069107210751099101001012010303103003
Uitspraak
  • Geluid:  negen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈneɣə(n)/ (2 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˈne.χə(n)/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈne.ɣə(n)/
    • (Limburg): /ˈne.ɣə(n)/
Woordafbreking
  • ne·gen
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

negen

  1. "9", het getal tussen acht en tien
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen negen euro en zevendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • Het juiste antwoord op opgave negen is "42". 
       Ik zette er flink de pas in en na een tijdje begon ik bijna te rennen want ik kon de hamburgers al ruiken! ’s Ochtends om tien over negen viel ik het beroemde café binnen en zette met een zucht mijn rugzak op de grond.[4]
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
  • negenen (oude verbogen vorm na sommige voorzetsels)
  • alle negen

zelfstandig naamwoord samengesteld met "negen" ht

bijvoeglijk naamwoord samengesteld met "negen" ht

bijwoord

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "negen" ht als rechterdeel
  • achtendertighonderdnegen
  • achtennegentighonderdnegen
  • achtentachtighonderdnegen
  • achtentwintighonderdnegen
  • achtenveertighonderdnegen
  • achtenvijftighonderdnegen
  • achtenzestighonderdnegen
  • achtenzeventighonderdnegen
  • achtduizend negen
  • achthonderdnegen
  • achttienhonderdnegen
  • dertienhonderdnegen
  • drieëndertighonderdnegen
  • drieënnegentighonderdnegen
  • drieëntachtighonderdnegen
  • drieëntwintighonderdnegen
  • drieënveertighonderdnegen
  • drieënvijftighonderdnegen
  • drieënzestighonderdnegen
  • drieënzeventighonderdnegen
  • drieduizend negen
  • driehonderdnegen
  • duizend negen
  • eenendertighonderdnegen
  • eenennegentighonderdnegen
  • eenentachtighonderdnegen
  • eenentwintighonderdnegen
  • eenenveertighonderdnegen
  • eenenvijftighonderdnegen
  • eenenzestighonderdnegen
  • eenenzeventighonderdnegen
  • elfhonderdnegen
  • honderdnegen
  • negenendertighonderdnegen
  • negenennegentighonderdnegen
  • negenentachtighonderdnegen
  • negenentwintighonderdnegen
  • negenenveertighonderdnegen
  • negenenvijftighonderdnegen
  • negenenzestighonderdnegen
  • negenenzeventighonderdnegen
  • negenduizend negen
  • negenhonderdnegen
  • negentienhonderdnegen
  • twaalfhonderdnegen
  • tweeëndertighonderdnegen
  • tweeënnegentighonderdnegen
  • tweeëntachtighonderdnegen
  • tweeëntwintighonderdnegen
  • tweeënveertighonderdnegen
  • tweeënvijftighonderdnegen
  • tweeënzestighonderdnegen
  • tweeënzeventighonderdnegen
  • tweeduizend negen
  • tweehonderdnegen
  • veertienhonderdnegen
  • vierendertighonderdnegen
  • vierennegentighonderdnegen
  • vierentachtighonderdnegen
  • vierentwintighonderdnegen
  • vierenveertighonderdnegen
  • vierenvijftighonderdnegen
  • vierenzestighonderdnegen
  • vierenzeventighonderdnegen
  • vierduizend negen
  • vierhonderdnegen
  • vijfendertighonderdnegen
  • vijfennegentighonderdnegen
  • vijfentachtighonderdnegen
  • vijfentwintighonderdnegen
  • vijfenveertighonderdnegen
  • vijfenvijftighonderdnegen
  • vijfenzestighonderdnegen
  • vijfenzeventighonderdnegen
  • vijfduizend negen
  • vijfhonderdnegen
  • vijftienhonderdnegen
  • zesendertighonderdnegen
  • zesennegentighonderdnegen
  • zesentachtighonderdnegen
  • zesentwintighonderdnegen
  • zesenveertighonderdnegen
  • zesenvijftighonderdnegen
  • zesenzestighonderdnegen
  • zesenzeventighonderdnegen
  • zesduizend negen
  • zeshonderdnegen
  • zestienhonderdnegen
  • zevenendertighonderdnegen
  • zevenennegentighonderdnegen
  • zevenentachtighonderdnegen
  • zevenentwintighonderdnegen
  • zevenenveertighonderdnegen
  • zevenenvijftighonderdnegen
  • zevenenzestighonderdnegen
  • zevenenzeventighonderdnegen
  • zevenduizend negen
  • zevenhonderdnegen
  • zeventienhonderdnegen
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord negen negens
verkleinwoord negentje negentjes

Zelfstandig naamwoord

denegenv/m

  1. het cijfer 9
    • Omdat hij het papier ondersteboven hield, werd de zes een negen. 
  2. dat wat in een (rang)ordening met 9 is aangeduid
    • Het is weer de negen die het niet doet, kunnen we die niet simpel vervangen? 
    • Ze had een mooi rapport met allemaal achten en zelfs een negen. 

denegenmv

  1. groep van 9 eenheden
    • De negen zijn natuurlijk blij, maar laten we ook denken aan het verdriet van de vier die zijn afgewezen. 

Werkwoord

vervoeging van
nijgen

negen

  1. meervoud verleden tijd van nijgen
    • Wij negen. 
    • Jullie negen. 
    • Zij negen. 
Anagrammen

Gangbaarheid

  • Het woord negen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Achterhoeks

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Drents

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Gronings

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Middelnederlands

Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Schrijfwijzen
  • nēgen
  • neghen
Anagrammen

Verwijzingen

Nedersaksisch

Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Schrijfwijzen
Anagrammen

Sallands

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Stellingwerfs

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Twents

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Veluws

Hoofdtelwoord

negen

  1. negen
Anagrammen

Zeeuws

Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

negne

  1. negen
Anagrammen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.