pars

Niet te verwarren met: Pars

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pars    (hulp, bestand)
  • IPA: /pɑrs/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • pars
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pars
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetparso

  1. door een bepaald persoon verzorgde deel van een tekst
    • Merkwaardig genoeg wijkt de handgeschreven kopij voor deze bundel hier en daar van de gedrukte tekst af. Wat hier precies aan de hand is geweest en of Bilderdijk wel volledig verantwoordelijk is geweest voor zijn pars, is niet duidelijk. [3]
Verwante begrippen

naar de vorm, ook ontleend aan het Latijn

enkelvoud meervoud
naamwoord pars parsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deparsm

  1. (religie) aanhanger van het zoroastrisme zoals dat door vluchtelingen uit Iran naar Guajarat in India is gebracht
    • De geleerde moet met de eenvoudige en ongeletterde omgaan, de rijke met de arme, de blanke met de kleurling, de mysticus met de realist, de christen met de jood, de moslim met de pars en wel op een basis, die hen de lang gevestigde vooroordelen, welke feitelijk aanmatigingen zijn, doet prijsgeven. [4]
Synoniemen
  • parsi
Verwante begrippen
  • parsisme
Opmerkingen
  • Volgens spellingregel 16.J heet een aanhanger van het geloof "pars" met een kleine letter. Iemand die tot de gelijknamige bevolkingsgroep in India behoort, wordt als zijn geloofsovertuiging niet aan de orde is, Pars met een hoofdletter genoemd.

Zelfstandig naamwoord

deparsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord par

Werkwoord

pars

  1. (verouderd)  pers ww  (uitspraakvariant)
    • Dan pars ick ziel en lijf
      het Nederlant tot leet
       [5]

Gangbaarheid

  • Het woord pars staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
31 %van de Nederlanders;
23 %van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

Latijn

Zelfstandig naamwoord

pars v

  1. deel, gedeelte
Verbuiging

Turks

Woordafbreking
  • pars
enkelvoud meervoud
nominatief   pars     parslar  
genitief   parsın     parsların  
datief   parsa     parslara  
accusatief   parsı     parsları  
locatief   parsta     parslarda  
ablatief   parstan     parslardan  

Zelfstandig naamwoord

pars

  1. (roofdieren) panter, luipaard
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.