< wervelen
wervelen/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van wervelen | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | wervelen | te wervelen | ||||||
toekomend | zullen wervelen | te zullen wervelen | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben[1]/zijn[2] gewerveld | te hebben[3]/zijn[4] gewerveld | ||||||
toekomend | gewerveld zullen hebben[5]/zijn[6] | gewerveld te zullen hebben[7]/zijn[8] | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
wervelend | gewerveld | ev. wervel | mv. verouderd wervelt | wervele | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | wervel | wervelt | wervelt | wervelt | wervelt | wervelen | wervelen | wervelen | |
verleden (o.v.t.) | wervelde | wervelde | wervelde | wervelde | wervelde | wervelden | wervelden | wervelden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal wervelen | zult/zal wervelen | zult/zal wervelen | zult wervelen | zal wervelen | zullen wervelen | zullen wervelen | zullen wervelen | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou wervelen | zou wervelen | zou(dt) wervelen | zoudt wervelen | zou wervelen | zouden wervelen | zouden wervelen | zouden wervelen | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij |
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.