zaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zaat    (hulp, bestand)
  • IPA: /zat/ (1 lettergreep)
Gelijkklinkende woorden
Woordafbreking
  • zaat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zaat zaten
verkleinwoord zaatje zaatjes

Zelfstandig naamwoord

dezaatm

  1. (scheepvaart) droogvallende zandplaat, waar schepen op het droge kunnen liggen voor lossen en laden of voor het werken aan de onderkant
  2. (waterbeheer) ondergrond waarop een dijk gebouwd wordt, of het terrein wat gebruikt wordt voor de constructie van een zinkstuk
  3. landhuis met omringende landerijen
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'zaat' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.