uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /œyt/ (1 lettergreep)
    • (Noord-Nederland): /œʏ̯t/, /ʌʏ̯t/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /œːt/
Woordafbreking
  • uit
Woordherkomst en -opbouw
  vnw. bijw.
  voorzetselbijwoord     uit  
 persoonlijk     eruit  
aanwijz.  nabij     hieruit  
  veraf     daaruit  
  vragend/betrekk.     waaruit  

Voorzetsel

uit

  1. geeft aan van welke plaats iets komt.
    • Dit komt uit de pot. 
     Opgeladen in 5 minuten: Van Dillen ziet dat de Chinese automerken vooral kijken naar concurrenten uit eigen land. Dat is tekenend voor de grote stappen die Chinese elektrische automerken in korte tijd hebben gezet. Zo presenteerde BYD auto's die binnen 5 minuten voor 85 procent zijn opgeladen.[2]
  2. geeft aan van welke tijd iets komt
     Een zwart-wit beeld uit de jaren vijftig van de vorige eeuw: regen op het Lodewijk Napoleonplein in Assen, een man met een paraplu laat zijn honden uit, huizen van baksteen onder steile driehoekige daken. Er is maar een verbinding met het beeld van de schamele behuizingen in Tutwiler, Mississippi: de blues.[3]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
Vertalingen
stellend
onverbogen uit
verbogen (alleen
predicaat)

Bijvoeglijk naamwoord

uit

  1. niet aan, stand van een apparaat.
    • Het koffiezetapparaat is al uit. 
  2. balsport term voor als de bal buiten de lijnen van het speelveld is geraakt.
    • Die bal was uit! 

Bijwoord

  1. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord
    • Uitmaken: ik maak het nu uit. 
Uitdrukkingen en gezegden
  • de woning uit moeten
    uit de woning gezet worden
  • er niet aan uit kunnen
  • er niet over uit kunnen
    niet snappen
  • uit kunnen
    rendabel zijn
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
uiten

uit

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van uiten
  2. gebiedende wijs van uiten

Gangbaarheid

  • Het woord uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. "uit" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Weblink bron
    Aïda Brands
    “Chinese elektrische auto's booming in Europa ondanks heffingen” (24 april 2025), NOS
  3. Weblink bron “Window of my eyes: Harry Muskee en de verloren tijd” (zaterdag 16 januari 2016, 13:44), NOS
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be