aalbes

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aalbes    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈalbɛs/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aal·bes
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstelling van  aal  en  bes zn 
  • In de betekenis van ‘vrucht’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1500 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord aalbes aalbessen
verkleinwoord aalbesje aalbesjes

Zelfstandig naamwoord

deaalbesv/m [3]

  1. (bloemplanten) Ribes rubrum  een plant met opvallend geelgroene bladeren, oorspronkelijk uit West-Europa
  2. (fruit) bes van die struik
    • Van aalbessen kunnen we aalbessenjam maken. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • sieraalbes
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aalbes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

  • [1] aalbes in het Nederlands Soortenregister N
  • [1] aalbes op Wikidata
  • [1] aalbes op "Wilde planten in Nederland en België"

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.