boswilg

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boswilg    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbɔswɪləx/ (2 of 3 lettergrepen)
Woordafbreking

bos·wilg

Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boswilg boswilgen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deboswilgm

  1. (bloemplanten) bepaald soort loofboom Salix caprea , die inheems is in de Benelux en tot 14 meter hoog kan worden en behoort tot de wilgenfamilie Salicaceae 
Synoniemen
Verwante begrippen
namen van loofbomen in de Benelux:
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'boswilg' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

  • [1] boswilg in het Nederlands Soortenregister N
  • [1] boswilg op Wikidata
  • [1] boswilg op "Wilde planten in Nederland en België"

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.