grant

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  grant(US)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɡɹɑːnt/ (VK), /ɡɹænt/ (VS)
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontwikkeld uit Middelengels granten, graunten, (via het Normandisch) uit Oudfrans granter, graunter beloven, verzekeren, “borg staan voor”, een mengvorm van garantir en creanter. [1]
  • Het zelfstandig naamwoord is een Naamwoord van handeling van het werkwoord grant.

Werkwoord

grant

  1. ditransitief verlenen, toestemming geven
  2. ditransitief toestaan
  3. overgankelijk het eens zijn met (iemand)
  4. onovergankelijk (ermee) instemmen

Zelfstandig naamwoord

grant

  1. verlening, toestemming
  2. (financieel) (onderwijs) toelage voor een studie, onderzoek, e.d.
  3. (financieel) (juridisch) schenking (van land, onroerend goed of geld)
  4. (figuurlijk) (informeel) aanvraag voor een schenking of toelage

Verwijzingen

  1. Weblink bron grant in: Oxford English Dictionary, second edition (1989) op oed.com

Friulisch

Bijvoeglijk naamwoord

grant

  1. groot

Slowaaks

Uitspraak
  • IPA: /grant/
Woordafbreking
  • grant

Zelfstandig naamwoord

grant m

  1. subsidie; financiële ondersteuning
Afgeleide begrippen
  • grantový

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /grant/
Woordafbreking
  • grant
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels

Zelfstandig naamwoord

grant monbezield

  1. subsidie; financiële ondersteuning
Verbuiging
Synoniemen
Gelijkklinkende woorden
Afgeleide begrippen
  • grantový
Verwante begrippen
  • krédo

Verwijzingen

    Meer informatie

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.