ihrer

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  ihrer    (hulp, bestand)
  • Geluid:  ihrer    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈiː.rɐ/
Woordafbreking
  • ih·rer
enkelvoud meervoud
mannelijk vrouwelijk onzijdig
nominatief ersieessie
genitief seinerihrerseinerihrer
datief ihmihrihmihnen
accusatief ihnsieessie

Persoonlijk voornaamwoord

ihrer

  1. van haar (genitief vrouwelijk enkelvoud van de derde persoon)
    «Er erbarmt sich ihrer
    Hij ontfermt zich over haar.
  2. van hen; ervan (genitief meervoud van de derde persoon)
    «Er erbarmt sich ihrer
    Hij ontfermt zich over hen / erover.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.